De mijnbouw in het steenkoolbekken stopte in 2004, met de laatste winningen in de Houve-mijn in Creutzwald. De hoofdframes zijn vandaag de dag de laatste visuele getuigen van deze periode van exploitatie in het steenkoolbekken. ‘De hoofdframes zijn metalen portieken die zich boven de schachten bevinden. Ze ondersteunen een enorme katrol die de kooi aandrijft die aan een kabel hangt...’ die de mannen en het materiaal ‘naar de bodem’ transporteerde en de kolen omhoog bracht ‘naar de bodem’. onderaan "de dag". “Hun karakteristieke silhouetten blijven het onwankelbare symbool van mijnbouwbeelden.” Ext. Passie Kolen_Ed. Serpenoise. De putten van het hoofdkwartier van Cuvelette, gegraven in 1930, bleven tot 1972 in bedrijf. Na sluiting werden ze gehandhaafd voor de ventilatie van de bouwplaatsen in Merlebach. De zuidelijke put van Cuvelette, rechts, is het laatste betonnen hoofdframe in het kolenbekken en staat vermeld in de inventaris van historische monumenten. Die van Cuvelette Nord, gemaakt van metaal, dankt zijn behoud aan de installatie van telefoonantennes.
